interviews
14 februari 2023

‘Je moet nooit medelijden met jezelf hebben, want dan ga je zelf ook dood’

ANBO Magazine

Tegenslag is het echtpaar Gerard en Nelleke Goossens niet bepaald bespaard gebleven. Crisis en oorlog bepaalden hun jeugd en op hun oude dag verloren ze hun zoon en kleinzoon. Toch kijken ze samen terug op een prachtig, vol leven.

Er hangt tussen de familiekiekjes een grote zwartwitfoto van een jonge Gerard en Nelleke Goossens aan de muur van hun huis in het Noord-Brabantse De Dungen. 26 en 22 jaar waren ze op het moment dat ‘ie gemaakt werd. ‘Wij waren rock’nrollers’, verklaart de nu bijna 88-jarige Gerard zijn glanzende kuif van vroeger.

Polka

Gerard was timmerman van beroep, maar tijdens vakanties reisden ze rond met een bijzondere volksdansformatie. De danslerares vond de Nederlandse polka’s maar saai, dus zette ze het tempo standaard een tandje hoger. Gerard: ‘Zo’n polka wordt dan heel interessant. Het werd het een soort rock ‘n roll.’ Ze logeerden bij andere hobby-dansers in Estland, Roemenië, Oekraïne, Portugal, Spanje, Frankrijk en zelfs Canada.

Gerard en Nelleke, die drie kinderen en vijf kleinkinderen hebben, zijn nog altijd een bovengemiddeld fit koppel. En daar zijn ze trots op. ‘We fietsen nog veel, zonder trapondersteuning en we hebben nog altijd geen hulp in de huishouding nodig’, vertelt Gerard, terwijl Nelleke koffie zet en voor de tweede keer stroopwafels aanbiedt.

Tragische familiegeschiedenis

Maar achter dit vrolijke echtpaar, dat elkaar 61 jaar geleden het jawoord gaf, gaat ook een tragische familiegeschiedenis schuil. Gerard werd in 1934 geboren in een samengesteld gezin van zeventien kinderen. Twee van hen waren jong overleden. Zijn vader Jan bezat een winkeltje, waar hij koffie en huishoudelijke spullen verkocht. Maar op een regenachtige dag vlak voor kerst in 1936 kwam het hele gezin op straat te staan, met uitzondering van drie oudere broers die elders aan het werk waren. Vader Jan kon door de crisis zijn schuld bij de hypotheek niet meer afbetalen.

‘We moesten eruit, zonder pardon. Al onze spulletjes werden nat in de regen. Ik weet nog dat ik die eerste nacht met mijn vader en moeder in ons vrachtwagentje heb geslapen’

Een belangrijke kracht achter de uithuiszetting was de dorpspastoor, bij wie Gerards moeder vanwege een eerdere buitenechtelijke zwangerschap uit de gratie was gevallen. Deze katholieke geestelijke stak er zelfs een stokje voor toen een buurman het gezin financieel uit de brand wilde helpen. ‘Dat mocht niet. We moesten eruit, zonder pardon. Al onze spulletjes werden nat in de regen. Ik weet nog dat ik die eerste nacht met mijn vader en moeder in ons vrachtwagentje heb geslapen.’

Nog altijd herhaalt Gerard de woorden van zijn moeder om uit te leggen hoe hij zijn geloof ervaart: ‘Ik geloof wel in God, maar ik heb het niet zo op dat grondpersoneel.’

Nieuw bestaan

Een half jaar lang verbleven de kinderen bij buren en familie. Uiteindelijk vonden ze een klein huis waar het gezin een nieuw bestaan kon opbouwen. Gerard is er voor de rest van zijn leven blijven wonen. Het is intussen wel minstens twee keer zo groot geworden. ‘Telkens als we wat geld hadden, bouwde ik er een stuk aan vast. Weet je nog, Nelleke?’

NSB’er

Maar er zou opnieuw een slechte tijd aanbreken. De oorlog brak uit. ‘Toen is mijn vader in de fout gegaan. Hij ging achter Hitler aan.’ De NSB verstrekte bij een lidmaatschap een kleine maandelijkse toelage, wat aantrekkelijk was voor mensen in armoede. Maar van zijn reputatie als NSB’er zou hij nooit meer afkomen. Gerard herinnert zich dat zijn zusje er vreselijk mee is gepest. Zelf liet hij het van zich af glijden. Ook zijn vader is er nooit onder gebukt gegaan. ‘Iedereen zei altijd: Jan was misschien een NSB’er, maar hij heeft nooit iemand verraden.’

In de oorlog verloor Gerard zijn ‘lievelingsbroer’, zoals hij hem zelf noemt. Hij kwam om bij een bombardement op een Duits kamp waar hij te werk was gesteld.

In 2020 verscheen een historische roman over het leven van Gerards vader; De Keerzijde van Oranje (ISBN9789464240146), van schrijver Ruud van der Linde. Het verhaal draait om de tijdloze vraag; in hoeverre zijn alle consequenties van ons handelen te overzien?

Bommenwerper

Zeker is dat de oorlog Gerard en Nelleke heeft gevormd. Nog altijd schrikken ze wakker als er ‘s nachts een vliegtuig overvliegt, alsof er een bommenwerper voorbij komt. Nelleke weet nog goed dat ze met haar zeven broers en zussen hun huis moesten verlaten tijdens een Duitse belegering. En de afschuwelijke beelden van buurjongens die vlak na de oorlog om het leven kwamen door achtergebleven mijnen, staat Gerard nog helder voor de geest.

Tegenslag

Doordat Gerard en Nelleke zijn opgegroeid in crisis- en oorlogsjaren, kunnen ze naar eigen zeggen goed omgaan met tegenslag, zoals later in hun leven zou blijken. Ze hebben beiden al hun broers, zussen, zwagers en schoonzussen moeten begraven. En in 2014 overleed hun zoon Peter op zijn vijftigste aan hartfalen. Acht maanden later pleegde diens zoon, nog maar zeventien jaar oud, van verdriet zelfmoord.

‘We weten dat we ze gehad hebben, hè, Nelleke’, zegt Gerard, terwijl hij fotoalbums ter nagedachtenis aan hun kind en kleinkind tevoorschijn haalt. ‘Elke keer als we het over ze hebben, leven ze weer voor ons. Daarom kunnen wij er heel goed over praten. Je moet niet in een hoekje gaan zitten jammeren. Je moet nooit medelijden met jezelf hebben, want dan ga je zelf ook dood.’