
‘Het wordt letterlijk een powerplant’
Pas toen het productontwerper Ermi van Oers in haar eentje was gelukt om een lampje te laten branden op de energie van de Maas, namen wetenschappers haar serieus. Ze creëerde The Living Light, een lamp die brandt op de energie van een plant.
Alsof er een wereld voor haar openging, zo voelde het voor Ermi van Oers toen ze in 2015 als student aan de Rotterdamse Willem de Kooning Academie kennismaakte met bio-design. ‘Ik geloofde meteen: this is the way to go. Er is veel meer dan we nu weten, dat verwonderde me zó. Iedereen wil verduurzamen, maar we zitten vast in die industriële gedachte: hoe kunnen we het maken, hoe kunnen we het fixen? Ik raakte er toen van overtuigd dat de oplossing schuilt in de combinatie van biologie en technologie.’
Nu, zeven jaar later, staan er in huishoudens verspreid door Nederland tien exemplaren van The Living Light, een designlamp die brandt door fotosynthese en processen in de bodem rond een plant. Nog een half jaar testen en dan wil Van Oers opschalen. Voor Rotterdam maakte ze in 2019 het eerste park ter wereld dat verlicht is met plantenenergie: het Park van Morgen. Er komen meer van dit soorten plekken zodra zich partijen melden die willen investeren. ‘Pretparken, vakantieparken, bedrijven met een tuin of woonwijken: de toepassing is heel groot.’
Rioolwater
Dat het Van Oers als productontwerper is gelukt om in korte tijd zo ver te komen zonder specifieke biologische kennis, is het resultaat van stugge vastberadenheid. Het begon met het voornemen om voor een studieproject van waardeloos rioolwater ‘goud te maken’ door er energie uit op te wekken. In haar onderzoek werd ze gegrepen door de zogeheten microbial fuel cell-technologie, een technologie die het mogelijk maakt om energie uit urine te halen.
Samen met een klasgenoot probeerde ze een batterij te maken en deed ze allerlei onwelriekende testjes op urine, maar ook gft-afval en modder. Toen dat op niets uitliep, klopten ze bij wetenschappers aan. ‘Maar die dachten: twee studentjes, die snappen er toch niks van.’
Dat veranderde toen het haar in 2016 toch lukte om een drijvend lampje te maken dat brandt op de energie van de Maas. Ze rondde daarmee haar minor af en haalde de krant. Plotseling klopten er wetenschappers bij háár aan, in plaats van andersom. ‘Dat was voor mij een megacompliment, ook omdat het mijn overtuiging bevestigde: dat we buiten onze disciplines samenwerkingen moeten zoeken voor echte innovatie.’
Liefdevol aaien
De start-up Nova Innova, die van Oers met een groep ‘slimme vrienden’ had opgericht, ging in zee met Plant-e. Dit Wageningse biotechnologiebedrijf bezat de technologie om energie uit planten te halen. ‘Ik vond dat zo vet. Ik wilde ze laten zien dat deze technologie een veel groter verhaal heeft dan ze zelf wisten. Als planten onze energie gaan leveren, dan verandert heel onze relatie met de natuur, zullen we er veel beter voor zorgen. Daarom ontwierp ik de Living Light zo dat-ie enkel gaat branden als je de plant liefdevol aait. Ze waren met stomheid geslagen toen ze dat voor het eerst zagen.’
Wat Van Oers betreft, blijft het niet bij lampen. Haar stip op de horizon: een energiecentrale die draait op natuurlijke processen. ‘Je zou het zelfs kunnen toepassen op het Amazonewoud. Dat wordt nu gekapt voor de landbouw. Maar als we van al dat groen een energiecentrale maken, dan levert het waarde op en kan het behouden blijven; het wordt dan letterlijk een powerplant.’
Intussen wil Van Oers met haar Living Light zoveel mogelijk mensen inspireren. ‘Historicus Yuval Noah Harari zegt het heel mooi: wat mensen van andere diersoorten onderscheidt, is hun vermogen om met zijn allen in één fictief verhaal te geloven. Het verhaal van vandaag de dag gaat over economische groei, eigendom en geld. Met Nova Innova wil ik bijdragen aan een nieuw verhaal, over hoe we weer met de natuur in symbiose kunnen samenleven.’